Elf vragen en antwoorden over de tso
1 Wat is een Verklaring omtrent het gedrag (VOG) en voor wie is het verplicht?
In het onderwijs is een verklaring omtrent het gedrag (VOG) verplicht voor leerkrachten, onderwijsondersteunend personeel en voor vrijwilligers die tussenschoolse opvang op school verzorgen.
Een VOG staat ook wel bekend als Bewijs van goed gedrag. Een VOG geeft aan dat uw gedrag geen belemmering vormt voor een bepaalde functie. Voor sommige functies is de VOG verplicht. Zo heeft het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap bepaald dat een onderwijzer, een gastouder en degene die toezicht houdt tijdens tussenschoolse opvang, een VOG moeten overleggen. Ook wanneer iemand omgaat met vertrouwelijke gegevens, kwetsbare personen, geld of goederen kan een bedrijf vragen om een VOG. Een VOG wordt afgegeven als uit onderzoek blijkt dat de aanvrager geen strafbare feiten op zijn naam hebt staan. Als wel sprake is van strafbare gedragingen, beoordeelt het Centraal Orgaan Verklaring Omtrent het Gedrag (COVOG) of deze relevant zijn voor het doel waarvoor de verklaring is aangevraagd. Zo zijn voor het beroep van onderwijzer andere strafbare feiten van belang dan voor de functie van accountant. De minister heeft in januari 2007 de regels aangescherpt voor de afgifte van een VOG voor mensen die met minderjarigen willen werken. Onderstaande personen komen niet in aanmerking voor een VOG:
•Personen die in de 20 jaar voorafgaande aan de aanvraag zijn veroordeeld tot een (on)voorwaardelijke gevangenisstraf of taakstraf vanwege zedendelicten.
•Personen die 2 of meer keer in hun leven zijn veroordeeld (on) voorwaardelijke gevangenisstraf of taakstraf vanwege zedendelicten.
•Personen die in de 10 jaar voorafgaand aan de aanvraag 1 maal in de justitiële documentatie (strafblad) voorkomen vanwege zedendelicten maar hiervoor geen gevangenisstraf of taakstraf hebben gekregen
Voorafgaand aan de aanstelling van een nieuw personeelslid moet bij de gemeente een VOG worden aangevraagd. Het bestuur is verplicht deze verklaring op te nemen in het personeelsdossier. De Inspectie van het Onderwijs ziet erop toe of scholen aan deze verplichting voldoen. Meer informatie vindt u op www.onderwijsinspectie.nl
2 Zijn overblijfouders verplicht om een Verklaring omtrent Gedrag te overleggen?
Ja, per 1 augustus 2010 is voor vrijwilligers die de tussenschoolse opvang verzorgen,verplicht om een Verklaring omtrent Gedrag (VOG) aan te vragen. De VOG was al
verplicht voor leerkrachten en onderwijsondersteunend personeel. Voor het aanvragen van een VOG kunt u het aanvraagformulier van het ministerie van Justitie downloaden. (www.rijksoverheid.nl > documenten en publicaties > formulieren)
3 Mag het schoolbestuur vergoeding vragen voor het ter beschikking stellen van ruimte voor het overblijven?
Uit de parlementaire behandeling van artikel 45 (Wet Primair Onderwijs) komt naar voren dat het niet de bedoeling is dat het bevoegd gezag de kosten voor het gebruik van een lokaal of andere ruimte bij de ouders in rekening brengt. Alleen extra kosten, zoals extra schoonmaakwerkzaamheden of kleine reparaties mogen in rekening worden gebracht. Zo ook natuurlijk extra kopieerkosten. Afschrijving meubilair, gebruik van stoelen, tafels en kasten daarentegen dus niet.
N.B. Het gaat hierbij niet om de vergoeding aan de overblijfkrachten: deze moet uiteraard door de ouders worden betaald.
4 Wie is verantwoordelijk voor het overblijven op school?
De Wet primair onderwijs (Wpo) meldt in artikel 45 dat het bevoegd gezag (schoolbestuur) zorgdraagt voor een voorziening waar leerlingen om tussen de middag op school onder toezicht de middagpauze door te brengen.
Hierbij is het bevoegd gezag ervoor verantwoordelijk dat:
•er een overblijfaanpak komt;
•overleg over de overblijfaanpak tot stand komt met degene die met het toezicht op de kinderen belast zijn, en met de ouders;
•het overblijven plaats vindt in een veilige en kindvriendelijke ruimte;
•en dat met ingang van 1 augustus 2011 tenminste de helft van degenen die met het toezicht op de leerlingen worden belast, een scholing heeft gevolgd op het gebied van overblijven.
Ook is in de wet opgenomen dat het bevoegd gezag verplicht is een verzekering af te sluiten voor de overblijfmedewerkers.
5 De overblijfmoeder heeft mij laten weten dat mijn zoon niet meer welkom is bij het overblijven, omdat hij te druk is. Kan dit zomaar?
Als de leiding van de school hier achter staat, dan is dit mogelijk . Voor het overblijven is een reglement opgesteld, waarin beschreven staat wat de regels zijn tijdens het overblijven. Onder andere wordt hierin beschreven wat er gebeurt als een kind zich niet gedraagt. Het is gebruikelijk dat een kind dat zich niet aan de regels houdt een paar keer wordt gewaarschuwd. Vervolgens worden de ouders op de hoogte gesteld en als dit allemaal niet helpt, kan een kind de toegang tot het overblijven worden ontzegd.
Wel is het verstandig hierbij de regels van de school omtrent schorsing ook toe te passen bij het overblijven. Daarnaast kan gekeken worden naar alternatieve opvang tijdens het overblijven van de geschorste leerling; kosten hiervan zijn voor de ouders zelf.
6 Welke vrijwilligersvergoeding mag ik als overblijfouder belastingvrij ontvangen?
Vrijwilligers ontvangen soms een kleine vergoeding voor werkzaamheden of voor de kosten die ze maken. Deze vergoeding kan belast zijn voor de loon- of inkomstenbelasting. Het bedrag is niet belast als een vrijwilliger slechts een vergoeding ontvangt voor de kosten die hij heeft gemaakt. Ook mag de vergoeding niet markt-conform zijn, dat wil zeggen niet vergelijkbaar is met wat, in dit geval, in de kinderopvang betaald wordt.
Er is ook niets belast als de vrijwilliger niet meer 210,- euro per maand en 2100,- per jaar ontvangt. Dit wordt de ‘vrijwilligersregeling’ genoemd.
Let op, voor uitkeringsgerechtigden gelden andere regels! Het is in principe mogelijk om naast een uitkering vrijwilligerswerk te doen. Als de overblijfkracht een werkloosheidsuitkering heeft, moet er contact worden opgenomen met de uitkeringsinstantie. Deze moet toestemming verlenen om naast de uitkering een onkostenvergoeding te mogen ontvangen. Als de overblijfkracht een arbeidsongeschiktheidsuitkering heeft dan geldt dat het werken als overblijfkracht het herstel niet mag belemmeren. Ook hier moet contact opgenomen worden met de uitkeringsinstantie. Deze moet toestemming verlenen om naast een uitkering een onkostenvergoeding te mogen ontvangen.
7 Wie bepaalt of een overblijfmoeder geschikt is voor haar functie?
Daarvoor bestaan geen voorschriften. Wel is het zo dat vanaf 2011 tenminste de helft van degenen die toezicht houden op de leerlingen tijdens het overblijven een scholing op het gebied van overblijven moet hebben gevolgd. Het schoolbestuur is verantwoordelijk voor het overblijven. De dagelijkse gang van zaken van het overblijven wordt in de regel niet door het schoolbestuur, maar door de ouderraad of door een overblijfcommissie verzorgd. Het is dus in dat geval de overblijfcommissie , de coördinatrice in samenwerking met de directie,die er voor moet zorgen dat er geschikte mensen als overblijfouder worden aangesteld. . Ook is het een overweging een profielschets op te stellen, waarin bepaalde kwaliteiten van een overblijfouder worden aangegeven.
Omgaan met kinderen bij het overblijven
Regelmatig bezoek ik op scholen het overblijven. Naar aanleiding van deze bezoeken zijn er drie aandachtspunten voor overblijfkrachten belangrijk om de begeleiding van kinderen op een goede manier te laten plaatsvinden. In dit artikel behandel ik in het kort deze drie aandachtspunten.
Voorbeeldgedrag
Als opvoeder, begeleider van kinderen heb je als een overblijfkracht een belangrijke voorbeeldfunctie. Kinderen spiegelen zich aan het gedrag van o.a. de overblijfkracht.
Als de volwassene zich niet aan afspraken houdt, waarom zou een kind het dan wel doen?
Dit komt ook terug in de manier waarop je conflicten behandelt. Dit kan met ‘geweld’ of met een luisterend oor. Regels zijn daarbij het uitgangspunt. Maar pas ze flexibel toe. Er kunnen omstandigheden zijn, waarbij van de regels afgeweken moet worden.
Om kinderen te kunnen corrigeren bij het overblijven is het handig om:
– hun naam te kennen;
– elkaar aan te spreken met twee woorden;
– duidelijk te zijn in je benadering.
Daarbij moet je geduld op kunnen brengen en je kunnen afvragen waarom het kind niet doet wat jij wilt. Houd lijn in je manier van optreden en gebruik eventueel de coördinator of de leerkracht als laatste middel. Als je respect wilt ontvangen van de kinderen, moet je hen ook met respect behandelen.
Communicatie
Communicatie is van reuze belang. Verlang dat de kinderen je aankijken. Probeer in eerste instantie eerst zelf het kind te corrigeren, daarna samen met een ander.
Kom terug op: wat is afgesproken? Terugrapporteren naar het kind en/of naar de overblijfkrachten is belangrijk. Noteer in een logboek de zaken die van belang zijn voor de anderen.
Ga voorzichtig om met vertrouwelijke informatie. Ook binnen de groep overblijfkrachten moet een vertrouwensband heersen. Gesprekken en verhalen moeten binnen de groep blijven.
Enkele tips zijn:
• gebruik je mimiek;
• varieer je stem in toonhoogte en timbre;
• laat aan je houding zien wat je ervan vindt;
• houd oogcontact;
• geef complimentjes als het goed gaat.
Conflicten
Bedenk een stappenplan voor het geval dat:
• er conflicten zijn met kinderen, bijvoorbeeld:
1. de overblijfkracht probeert het probleem zelf op te lossen en als dat niet lukt, neemt hij of zij contact op met de coordinator of de leerkracht. De leerkracht spreekt de leerling aan;
2. de leerkracht of directeur neemt contact op met de ouders;
3. de leerling wordt tijdelijk niet toegelaten bij het overblijven;
4. de leerling wordt definitief verwijderd van het overblijven.
Als je als overblijfkracht met bovenstaande tips aan het werk gaat dan zal de begeleiding van kinderen soepeler en prettiger verlopen en de sfeer bij het overblijven wordt voor de kinderen en de overblijfkracht ongetwijfeld beter.
Ed van Veen
Consulent tussenschoolse opvang
Werving van overblijfkrachten
Hoe werft men overblijfouders ?
I Via de weekinfo, via het plaatselijke krantje maar ook door ouders die als ouder al behulpzaam zijn persoonlijk te benaderen. Zorg vooral voor een positieve uitstraling van het overblijven naar de ouders toe. Met de huidige technische middelen kan ook een kort filmpje over het lunchuurtje gemaakt worden en op de website van de school geplaatst worden.
II Een thema-avond over overblijven voor de ouders van overblijvende kinderen werkt vaak prima, omdat ouders dan vernemen hoe het er bij het overblijven aan toe gaat. Vervolgens bieden na zo een avond vaak enkele ouders zich aan om mee te willen helpen.
III Er zijn scholen die met vaste overblijfkrachten werken en daarnaast een groep hulpouders hebben die af en toe meehelpen. Het principe is dan dat elke vaste overblijfkracht met een hulpouder samenwerkt .Sommige hulpouders worden op den duur vaste overblijfkrachten.
IV Het begeleiden van nieuwe overblijfkrachten is een belangrijk gegeven, waarop mensen beslissen of ze wel of niet willen helpen. Zorg dat er een overblijfteam ontstaat.
Faciliteer en ondersteun de overblijfkrachten. Een redelijke vergoeding, een goede samenwerking met de directie en leerkrachten van de school . Eens per schooljaar een scholingsbijeenkomst en bijvoorbeeld. een gezellig afsluit van het schooljaar met een gezamenlijk etentje op deze wijze blijven overblijfkrachten langer verbonden aan de school.
Sinds de school verantwoordelijk is voor het overblijven mag er ook enig inzet verwacht worden van directie en team. Zij hebben vaak een groot netwerk onder de ouders en kunnen dit gebruiken om ouders attent te maken op de mogelijkheid om op de school als overblijfkracht mee te werken.